Je hebt zeven dagen lopen zweten op een nieuw blogbericht en werkelijk alles klopt. Het leest als een speer. Je hebt het je partner laten lezen en die zegt het ook: een speer.

Dat móet wel goed komen. Vol goede moed plaats je het bericht.

Maar niemand duikt je tekst in. Au.

“Pak ‘m bij z’n kladden! Sleur ‘m naar binnen!” Dat is ongeveer de functie van een titel: je lezer grijpen en de tekst in sleuren. Je lezer moet de volgende regel tekst gaan lezen. En het liefst de hele tekst.

Extreem belangrijk dus, titels. Een titel moet zo prikkelen, zo beloftevol zijn, zo nieuwsgierig maken dat je wilt, nee MOET weten waar het over gaat. Ik heb een checklist voor je waaraan een goede titel moet voldoen: 9 do’s en dont’s

1. Titels moeten opvallen

Omdat een titel zo belangrijk is, moet je titel er ook visueel uitspringen. Het moet het eerste zijn wat je lezer ziet. Maak het daarom minimaal 50% groter dan de rest van je teksten.

Een afwijkende kleur mag ook, vetgedrukt in een ander lettertype… maar hou het wel smaakvol (vraag je designer).

2. OPVALLEN MET ALLEEN HOOFDLETTERS – niet doen

Tuurlijk, om een woord te benadrukken kun je dat ene woord in hoofdletters zetten (hoofdletters, kapitalen, bovenkasten). Maar ga het niet met de hele zin en alle woorden doen. Het is schreeuwerig, maar misschien wil je dat. En het leest voor geen meter – dat wil je niet.

Wat wel kan is elk woord met een hoofdletter beginnen, al zijn we daar in het Nederlands taalgebied ‘niet zo van’.

3. Test interpunctie

Ik ben een voorstander van testen. Dan kom je er namelijk achter wat het beste werkt. Voor elke branche, voor elke doelgroep zal ‘wat het beste werkt’ altijd weer een beetje anders zijn. Probeer het gewoon uit.

Zet de titel een keer tussen “aanhalingstekens” of doe dat met een enkel woord waar je de aandacht op wilt vestigen. Eindig je zin met … of met …? Gebruik een gedachtestreepje – tussen een paar woorden. (Of zet een stukje tekst tussen haakjes.) Het zijn allemaal trucjes die kunnen helpen je bezoeker de tekst in te krijgen & te laten lezen.

Nog eentje: eindig een titel nooit met een punt (wel met …) Of je titel moet uit meerdere zinnen bestaan, dan mag het weer wel.

4. Hoeveel woorden er in de titel staan is onbelangrijk – als de woorden maar kloppen

Titels zijn er in verschillende lengtes. Een titel kan uit wel zeventien verschillende zinnen bestaan – of uit vijf woordjes. Wat belangrijk is is dat het je lezer, je klant, je prospect aanspreekt, nieuwsgierig maakt en iets belooft.

5. Geen cryptogrammen of ‘intelluele’ woordgrapjes

Er zijn maar weinig schrijvers die echte goede woordgrappen kunnen maken (Kees van Kooten kan het). Veel mensen denken dat (reclame)copywriting gaat over het maken van woordgrapjes of het maken van zinnetjes die rijmen zodat mensen ze beter onthouden.

Maar waar het om gaat is dat je mensen verleidt een actie te doen. In titels doe je dat in de eerste plaats door te zeggen wat je bedoelt. Als mensen moeten raden, is het einde oefening, stoppen ze met lezen, ben je ze voorgoed kwijt.

6. Haak in op het probleem en de wensen van je lezer

Dat is een slimme techniek. Over het algemeen helpt het als je met je titels op de een of andere manier kunt aanhaken op het probleem dat je lezer heeft – dan heb je de aandacht. Voeg er zijn wens of verlangen aan toe – het duwtje om verder te gaan lezen.

[DROOMWENS/VERLANGEN] zonder [PROBLEEM]

7. Doe geen valse beloftes

In de lokale krant uit het dorp waar ik vandaan kom stond ooit een advertentie van een of andere tapijtboer. Een halve pagina met in koeienletters: ‘GRATIS TAPIJT’. En daaronder een paar zinnetjes tekst: ‘Gratis tapijt kunt u nergens krijgen, maar bij ons is het wel heel voordelig en heeft u de keuze uit maar liefst 127 soorten in al de kleuren die u kunt bedenken.’

Zonde van het geld, die advertentie. Want als ik lees ‘GRATIS TAPIJT” denk ik dat ik gratis tapijt kan krijgen óf dat er een addertje onder het gras zit. Ik haak als lezer af. Mocht je zo clever willen zijn om in plaats van tapijt het woord seks te gebruiken… dat werkt ook niet 🙂

8. Vertrouw op titels

Maak geen verkooppagina’s, blogberichten, verkoopbrieven, advertenties zonder titel. Of e-mails zonder onderwerpregel. De titel (of onderwerpregel) is het belangrijkste element uit je tekst. Heb je een goede titel, dan is de kans groot dat je lezer ook het volgende stuk van de tekst gaat lezen.

Besteed er daarom veel aandacht aan. Zoals Abraham Lincoln ooit zei: “Als ik acht uur heb om een boom om te hakken, gebruik ik zes uur om mijn bijl te slijpen.”

9. Zet nooit de naam van je bedrijf (of van jezelf) in de titel

Titels moeten gaan over de problemen en wensen van je lezer. Niet over je bedrijf of over jou. Hooguit over je product, maar je product lost een probleem op of heeft een andere belofte naar je lezer of potentiële klant. Toch?

Regels met uitzonderingen

Ik hoop dat deze checklist je goed de weg wijst bij het schrijven van titels. Ik hoop dat je er wat aan hebt. Maar er zijn altijd uitzonderingen – gebruik gewoon je onderbuik.

Nog een hulpje

Leg een archief aan van goede titels. Uit kranten, van websites, van verkooppagina’s, van Facebookadvertenties. Kijk naar de principes en structuren en pas ze aan naar jouw belofte, jouw situatie.

Laat hieronder in het commentaar weten wat jij een goede titel vindt – en waarom.