
“Hé joh, ik was vroeger fan van jou!”
“Hé joh, ik was vroeger fan van jou!”
Normaal zou je zoiets niet zeggen tegen een wildvreemde in het bos, maar bij hem schoot het er zomaar uit.
Hij maakte zelfs nog rechtsomkeert, om te vragen of ze het nou wel echt was.
Je moet weten: m’n zwager rijdt paard. In de bossen rond Lage Vuursche, want dat dorp biedt meer dan pannenkoeken en jachtschotels.
Zo had Joop er z’n manege. Als geboren Rotterdammer draagt ie het hart op de tong. Hij maakt makkelijk een praatje met dagjesmensen.
Maar deze ontmoeting was wel heel bijzonder. Alleen al die bonken van kerels om haar heen — ook te paard…
Ja, het was ’r écht: Beatrix.
Ze glimlachte gul. Ze gaf hem hoog vanuit haar zadel een koninklijke wuifhand.
De bonken lachten vriendelijk mee.
Joop is Joop.
En dat is het ding.
Waarom je jezelf kwijtraakt op papier
Heel veel ondernemers lopen rond met dezelfde vraag: “Waarom reageren mensen zo weinig op mijn posts en teksten?”
En eerlijk: het antwoord zit vaak niet in het algoritme… maar in hun persoonlijke schrijfstem.
Want zodra ze gaan schrijven (vooral verkoopteksten) nemen ze ineens een compleet andere gedaante aan.
Ze zijn niet meer wie ze eigenlijk zijn.
Hun woorden zijn niet van hen. Ze klinken als iemand anders. Soms zelfs als een robot.
Ik zie het bij mensen die naar me toekomen.
Ze sturen me teksten die stijf zijn, afstandelijk, vol woorden die ze in het echt nooit zouden gebruiken.
En dan vraag ik: hoe praat je tegen je klanten als ze bij je binnen komen lopen?
Dan hoor ik een heel ander verhaal.
Warm. Persoonlijk. Echt.
Dat is de kloof.
En precies daar ontstaat vraag nummer twee:
“Hoe blijf ik mezelf in mijn teksten zonder onprofessioneel over te komen?”
Het probleem met professioneel doen
Veel ondernemers denken dat ze zich moeten aanpassen. Dat ze professioneler moeten klinken. Dat ze hun persoonlijkheid moeten wegpoetsen omdat ze bang zijn niet serieus genomen te worden.
Onzin.
Kijk naar Joop.
Die man zei gewoon wat ie dacht. Tegen de voormalige koningin nog wel.
En wat gebeurde er? Ze glimlachte. Ze wuifde. De bonken lachten mee.
Authenticiteit opent deuren.
Maar ergens in het proces van ondernemen raak je jezelf kwijt.
Je leest hoe anderen schrijven. Je ziet hoe concurrenten het doen.
Je denkt: zo hoort het blijkbaar.
Voor je het weet gebruik je woorden als ‘innovatief’ en ‘toonaangevend’.
Je schrijft zinnen die klinken als een persbericht.
Je praat over jezelf in de derde persoon.
Je lezer voelt dat.
Die voelt dat het nep is.
En dan scrolt ie door.
De echte formule voor goede content
Het gekke is: ondernemers zoeken vaak naar de magische formule.
Een template. Een trucje. Een structuur.
Maar die formule? Dat ben jij.
Jouw manier van praten.
Jouw observaties.
Jouw ritme.
Jouw eigenaardigheden.
En dan komt vanzelf de derde vraag:
“Hoe vind ik mijn eigen schrijfstem terug en hoe pas ik die concreet toe?”
Hoe je jezelf terugvindt in je teksten
Ik heb een simpele test voor je.
Lees je tekst hardop voor.
Aan je partner. Je beste vriend. Je hond desnoods.
Klinkt het als iets wat jij zou zeggen?
Of klinkt het als een folder van de bank?
Als het dat laatste is, schrap dan alles wat niet klinkt als jij.
Alle mooie woorden. Alle ingewikkelde zinnen.
Alle dingen waarvan je dénkt dat je ze moet zeggen.
Begin opnieuw.
Maar nu alsof je het vertelt aan iemand die je kent.
Vertel het zoals je het later aan tafel zou vertellen.
Met de horten en stoten. Met de aarzelingen. Met de grapjes tussendoor.
Want precies dat maakt het echt.
Daarom werkt ContentLab.
Niet omdat het slimmer is dan jij.
Maar omdat het jou helpt om jou te blijven.
Zonder ploeteren. Zonder maskers.
Content maken mag makkelijk zijn.
Het mag voelen als een gesprek met een goede vriend.
Zoals Joop.
Die gewoon zegt wat ie denkt en daarmee zelfs koninginnen aan het glimlachen krijgt.
En jij?
Wanneer schreef je voor het laatst iets dat écht van jou was?
Laat het me hieronder even weten.
